Wat doet een contentmanagementsysteem (CMS) en hoe kies je het CMS voor je opleiding?
Kwalitatieve, didactisch verantwoorde content is een van de belangrijkste elementen voor je opleiding. Of het nu gaat over de inhoud van je interactief whiteboard tijdens een workshop of de afbeeldingen en interactieve oefeningen in je leerpad, de content moet het leren ondersteunen. Vervolgens bewaar je de content centraal, zodat iedereen die kan raadplegen. En je actualiseert hem regelmatig.
Functie CMS-systeem?
Om dat eenvoudig te maken, gebruik je best een contentmanagement- of CMS-systeem met een bijbehorende ’authoringtool’ om content te maken. Je hoort de term ’CMS’ wel eens vallen in de context van websites. In dit artikel gebruiken we hem voor e-leren.
CMS-systemen bestaan in alle maten en vormen. We onderscheiden drie kerntaken van een CMS:
- Content centraliseren en indexeren, zodat alles op één plaats staat en je de content eenvoudig kan doorzoeken.
- Content authoring: content aanmaken, wijzigen en actualiseren.
- Content over meerdere kanalen publiceren; je CMS moet dat toelaten.
CMS’en en authoringtools zijn beschikbaar als afzonderlijke, maar koppelbare systemen. Je vindt ze vaak ook geïntegreerd in een learning-managementsysteem of learning experience platform.
Heb je een CMS nodig voor je opleiding?
Afhankelijk van wat je met je opleiding wilt bereiken, wel. De volgende vragen helpen die knoop door te hakken en het juiste CMS te kiezen:
1. Wat is je ambitie?
Hoe zie je je e-lerenaanbod evolueren? Verwacht je dat je honderden cursussen of webinars zal ontwikkelen? Of beperk je je tot een klein aantal?
Hoe meer content je hebt, hoe nuttiger het is om een CMS te gebruiken. Voor een beperkt aanbod met weinig content kan je gerust werken met een (online) documentbeheersysteem, zoals Google Drive of Microsoft OneDrive.
2. Geef je je opleiding synchroon of asynchroon?
Is je opleiding volledig (of deels) asynchroon, dan heb je baat bij een CMS. Bij een asynchrone opleiding bestaat zowel je leermateriaal als je instructie uit content, bijvoorbeeld tekst of video.
Asynchrone opleidingen of opleidingsonderdelen zitten meestal ingebed in een doordacht leerpad, met afwisselende werk- en contentvormen. Die moet je uitwerken, en daarvoor heb je een authoringtool nodig binnen je CMS.
In de meeste gevallen volstaat een CMS en een bijbehorende authoringtool, zoals Tutora, Blackboard of Learningtools. Als je meer uit je content wilt halen, kan je gespecialiseerde tools gebruiken, zoals Articulate Storyline. Het resultaat van je werk in die tool publiceer je dan via een learning-managementsysteem.
3. Naar wie stuur je je content? En waar publiceer je die?
Wie is je doelgroep? Maak je content beschikbaar voor werknemers of ook voor klanten? Wil je je cursisten centraliseren of wil je je content over meerdere kanalen verdelen?
Als je je content gemakkelijk aan een breed publiek wilt tonen, denk dan na over de overdraagbaarheid van je content en welke rol je CMS daarin moet spelen. Je kan kiezen voor een alles-in-een-CMS, zoals Alfred en Casper, of verschillende tools combineren. Houd rekening met de gangbare integratiestandaarden tussen die tools. Zo ben je zeker dat je je content niet hoeft te exporteren en importeren.
Software zoals Rustici Software - The Leading eLearning Standards Experts kan je daarbij zeker helpen.
4. Moeten je tools samenwerken?
Interoperabiliteit, of koppelbaarheid, betekent dat je tools met andere tools kunnen samenwerken. Werk jij met een CMS en je klant met een LMS, en moet je je content daar kunnen publiceren? Dan moeten jouw CMS en het LMS van je klant met elkaar kunnen praten. Dat gebeurt via integratiestandaarden.
Het ene CMS koppelt al beter met een LMS dan het andere. Daar moet je dus rekening mee houden bij je keuze.
Hier vind je een handige lijst met een overzicht van gangbare CMS’en en andere tools.