Infopunt e-lerenEnthousiasmeren

Wat is e-leren? De geschiedenis van het begrip.

Onderwijs- en internetgoeroe Elliott Masie beschreef online leren in 1997 als “het gebruik van netwerktechnologie voor het ontwerpen, distribueren, selecteren, administreren en verspreiden van onderwijs.” Nog andere termen deden in die begindagen de ronde, zoals ‘web based leren’ en ‘teleleren’. Jay Cross, een pionier op het gebied van internet en leren, gebruikte in 1999 voor het eerst de term ‘e-learning’. Voor hem stond de ‘e’ voor de noodzaak om onderwijs te herdefiniëren.

Hoe definiëren?

E-leren, e-learning, online leren… veel namen voor hetzelfde begrip, maar wat verstaan we daaronder? Van Dale omschrijft de term als “het volgen van onderwijs met behulp van de computer.” Als je verder zoekt, kom je een aangevulde definitie tegen:

Leren met behulp van het Internet, waarbij de cursus wordt geleverd via een webbrowser over het Internet, een intranet of een extranet. E-learning is een vorm van afstandsleren, waarbij links naar leerbronnen buiten de cursus worden gelegd.

Dekt de definitie de lading?

Tegenwoordig omvat e-leren meer dan alleen I(C)T inzetten voor afstandsonderwijs. In het Handbook of E-Learning (2015) vind je een nauwkeurigere definitie:

  • E-leren is een aanpak voor onderwijs en leren.
  • Alle elementen van het onderwijsproces zijn een onderdeel van e-leren.
  • E-learning is gebaseerd op het gebruik van elektronische media en apparaten.
  • E-learning is een instrument om de toegang tot leren, communicatie en interactie te verbeteren.
  • E-learning is een methode om leren op nieuwe manieren te begrijpen en te ontwikkelen.

Een nieuwe manier van leren?

Een lesgever leert een groep kennis, vaardigheden en attitudes aan. Honderden jaren lang was dat de basis, en daarin zat weinig evolutie. De technologische vooruitgang, specifiek de komst van het internet, moest daar verandering in brengen. Vandaag kan een cursist in ‘authentieke’ leeromgevingen leren, wat zorgt voor meer efficiëntie en motivatie. Met de huidige technologie kan je het leerproces ook beter afstemmen op de persoon die leert. Dat noemen we dan gepersonaliseerd of adaptief onderwijs.

Eerste voorzichtige invullingen

Bij een dergelijke verandering hoort natuurlijk in het begin wat voorzichtig aftasten. In eerste instantie beperkte e-leren zich tot online opleiding volgen. Maar daarop kwam veel kritiek, omdat die invulling de verwachtingen niet inloste. Daarom ging men individueel online leren combineren met interactieve, fysieke groepsbijeenkomsten: ‘blended learning’. 

Naast formeel  kreeg ook informeel e-leren meer en meer aandacht. Daarbij neem je zelf het initiatief om iets te leren. Je kan zelf leerdoelen, -activiteiten, -inhouden en de setting bepalen. Dat lukt allemaal dankzij ICT en het internet. Mensen kunnen snel en gemakkelijk hun kennis en ervaring met anderen delen, of van elkaar leren. 

E-leren vandaag

De kwaliteit van e-leren is in de loop der jaren dus sterk verbeterd. Onderzoek vertelt ons wat werkt en wat niet. Daarnaast is de veelzijdigheid van het aanbod enorm toegenomen. Dat komt door de groeiende technologische mogelijkheden. Maar ook de veranderende opvattingen spelen daarbij een rol. Arbeidsorganisaties erkennen steeds meer het belang van actief, zelfgestuurd of zelfgeorganiseerd leren. Ze faciliteren dat ook. De verantwoordelijkheid over het leren binnen die organisaties verschuift van opleiden naar leren en ontwikkelen via ICT.