Infopunt e-lerenContentontwikkeling

Leren door te spelen: alles over game-based learning

Nee, als dochterlief urenlang Zelda aan het spelen is, is dat geen game-based learning. Maar wél een game. Wat is het verschil? En waarom moet game-based learning dringend op je radar als efficiënte leermethode? In deze blog lees je er alles over. Ready, set, play!

Is het een game, gamification of game-based learning?

Een game is een omgeving waar spelers een kunstmatig conflict aangaan, bepaald door regels, met een meetbare uitkomst. Monopoly is dus een game, net zoals The Sims.

 

Gebruik je game-elementen als motivatie om een taak uit te voeren (die anders misschien helemaal niet zo tof is)? Dan doe je aan gamification. Duolingo is bijvoorbeeld een taal-app die het via gamification (je kan punten en badges verdienen) veel leuker maakt om een taal te leren.

 

Game-based learning (GBL) is een game, maar met vooraf bepaalde leerdoelstellingen. Leerlingen in het vijfde studiejaar kunnen bijvoorbeeld wiskunde leren met de game-app Rekentuin.

 

Het verschil is subtiel en zit dus vooral in de combinatie leerinhoud en conflict: een quiz Frans waarbij een student 3 levens heeft om 20 Franse woordjes te vertalen, is gamification, maar geen game-based learning – er is namelijk geen conflict.

Games om te leren? Vier goede redenen

Games zijn erg efficiënte leeromgevingen: je bent actief betrokken, gaat op ontdekking, observeert en past probleemoplossend denken toe. Je leert met vallen en opstaan - zonder je pijn te doen. Dat zeggen niet wij, maar de wetenschap. Wat zijn de grote troeven van games?

 

Motivatie

Als je een gamer in huis hebt, weet je dat games érg motiverend zijn. Dit is onder andere dankzij klassementen, badges, verborgen content, je eigen acties en het verhaal.

 

Betrokkenheid

Wanneer een docent leerstof declareert voor een groep inactieve toehoorders, is de betrokkenheid bijzonder laag. Bij games is die net extreem hoog.

 

Bij sommige games ben je fysiek betrokken. Vooral bij VR is dit een erg belangrijke factor. Daarnaast is ook emotionele betrokkenheid een belangrijke motivator. Games hebben daarom vaak een sterke verhaallijn, bijna als een roman of film. Je voelt je persoonlijk betrokken bij het leven van het hoofdpersonage.

 

Bij multiplayer-games wordt ook de socio-emotionele betrokkenheid aangesproken. Teamwork is hier vaak een bepalende factor voor succes. En tenslotte is er ook nog de cognitieve betrokkenheid – zeker in moderne games moet je een serieus potje nadenken om verder te komen.

 

Aanpasbaarheid

Een goed spel kan iedereen betrekken op de manier die hen het best past. In game-based learning kan dit betekenen dat het spel rekening houdt met het huidige kennisniveau, met competenties, emoties, het niveau van begeleiding…

 

Falen mag (en moet)

Het allerbeste aan een game? Je mag mislukken. In een game kan je een vaardigheid eindeloos oefenen. Falen is dus zeker geen ‘ongewenste’ uitkomst, maar gewoon een onderdeel van je weg naar succes.

De vaste elementen van game-based learning

Elke game heeft dezelfde structuur: alles begint met een uitdaging, waarop een reactie volgt van de speler. Daarop komt feedback. Die feedback kan een nieuwe uitdaging zijn, of de speler wordt gedwongen een andere reactie te geven. Zo creëer je een constante loop.

 

Het zijn de onderstaande elementen die bepalen hoe je uitdaging, reactie en feedback eruitzien.

 

De incentives of beloningen

Dit zijn alle motiverende game-elementen die ervoor zorgen dat de spelers willen doorzetten. Ook de feedback die de spelers aanzet om hun gedrag aan te passen zit hierin. Incentives zijn dus beloningen: scores, sterren, badges, power-ups… Deze kunnen intrinsiek zijn (je hebt bijvoorbeeld een power-up nodig om verder te kunnen), maar ook extrinsiek (je kan bijvoorbeeld sterren verdienen om te stijgen op een scorebord met andere spelers).

 

De gamemechanismen

Een gamemechanisme is de actie of reeks acties die de speler in de game moet uitvoeren.

 

Het visueel design

De look & feel van je game, je personages en de informatie zijn enorm belangrijk. Ze bepalen hoe je de onderdelen van je gamemechanisme weergeeft en hoe je feedback toont. Tenslotte is het design van je game ook belangrijk voor de motivatie. Tip: de kleur die het meest de aandacht trekt en je het best onthoudt, is rood. Groen en blauw hebben een veel langere zoektijd.

 

Het story design

Je kan een verhaallijn creëren via dialogen, voice-overs, scènes en acties. Je verhaal hoeft niet lineair te zijn: de keuze van de speler kan het verloop beïnvloeden. Onderschat de kracht van zo’n verhaal niet: het biedt een context om de informatie te leren, het verbindt de spelregels, personages, acties en gebeurtenissen met elkaar. Het is ook een erg belangrijke motivator.

 

Het audio design

Je kan geluid toevoegen om de aandacht op bepaalde gebeurtenissen of acties te richten, om gevaar aan te duiden, om emoties te versterken…

 

Niet alle bovenstaande elementen hoeven in GBL voor te komen. Je leerinhouden en/of vaardigheden bepalen welke gamemechanismen je gebruikt, hoe je game eruitziet, of er een verhaal aan vasthangt – en zo ja, welk – welke incentives je kiest en of audio een meerwaarde is. Kortom: bepaal eerst de leerinhoud en kijk dan hoe je die het best kan ondersteunen met je game.

Zo bouw je game-based learning

Games ontwikkelen is een kunst op zich. Veel populaire games spelen als een spannende film. Een goede game raakt de speler precies op de ‘sweet spot’: het is niet te moeilijk, maar zeker ook niet te makkelijk. De spelers weten dat ze kunnen slagen, maar niet zonder slag of stoot. Dit zorgt voor de zogenaamde ‘flow state', een staat van diepe concentratie, omdat de speler uitgebalanceerde uitdagingen moet aangaan, met een gevoel van controle en voldoening.

 

Bij leren kan je die sweet spot zien als de ‘zone of proximal development’: de zone van iets kennen of kunnen die zonder enige vorm van ondersteuning nét buiten je mogelijkheden ligt.

 

Het is bij GBL de kunst om het evenwicht tussen leerinhoud en de game op zich te bewaren. Er is – jammer genoeg – geen stappenplan voor de perfecte GBL. Games én leerdoelstellingen zijn zodanig divers dat er heel wat mogelijkheden zijn die kunnen werken – en nog veel meer die niet werken.

 

Je kerndoel bij GBL is dat de kennis, attitudes of vaardigheden die je in de game verwerft, ook transfereren naar de wereld buiten de game. Essentieel hiervoor is dat het spel overeenkomt met de werkelijkheid qua cognitieve belasting en aandachtseisen. Wat je doet in de game moet cognitief en/of motorisch vergelijkbaar zijn met de werkelijkheid. Zo ben je zeker van een optimaal leereffect; maar externe processen omzetten naar gamemechanismen is niet eenvoudig.

 

Begin daarom altijd met een grondige analyse van het leerdoel in de niet-gamecontext en van de leertaken in de game. Als die niet overlappen, mist je game zijn doel.

 

Goede GBL is niet eenvoudig om te ontwikkelen. Duur, dus? Eigenlijk niet – het is best kostenefficiënt in vergelijking met andere leervormen. Mensen gaan vrijwillig langer door met het spel – en dus met leren. Ze spenderen veel meer tijd aan leertaken dan wanneer deze niet in een game zouden zitten. Dat leidt tot een verhoogd leereffect en dus een sneller behaald leerdoel.

 

Gamification en game-based learning mogen uiteraard nooit een doel op zich zijn. Denk altijd na of een game het juiste leermiddel is. Leren blijft de kern, dus de leerinhoud, leerdoelen en doelgroep staan voorop. Sommige leerdoelen lenen zich beter voor game-based learning dan andere: bij onderwerpen zoals compliance zouden game-elementen afbreuk kunnen doen aan de boodschap. En ook de bedrijfscultuur speelt een rol: misschien vindt de meerderheid van je personeel games kinderachtig en willen ze er hun tijd niet in steken.

De uitdaging voor game–based learning

Game-based learning vindt al vlot haar weg naar leren, zeker in het onderwijs. Toch moet GBL zich klaarmaken voor een aantal uitdagingen.

 

Zo is een gebrek aan communicatie een veelgehoorde klacht. Zowel tussen spelers onderling als met de instructeur: GBL is nog te vaak eenrichtingsverkeer. Ingebouwde communicatiemethoden moeten hier een antwoord op bieden. Hieraan gelinkt is het ‘eenzame’ aspect van games ook nog een valkuil. In de reguliere gamewereld zijn sociale games al lang geen uitzondering meer, maar GBL blijft vaak nog een solospel. Meer inzetten op multiplayer games is dus de boodschap. En tenslotte is er de perceptie die binnen een bedrijf of organisatie erg kan verschillen. Gen Z komt op de deur van de arbeidsmarkt kloppen: voor hen is gaming – ook op de schoolbanken – vanzelfsprekend. Voor de 'boomer'-generatie is dat een pak minder het geval en kan gamen als kinderachtig en nutteloos gezien worden. Het is aan het L&D departement om die laatste van het nut van GBL te overtuigen.

 

De wetenschap is duidelijk: mensen leren van games. Er zijn maar weinig instructiemethoden die een vergelijkbare mate van interesse en motivatie bij lerenden opwekken. Ook de bereidheid om tijd te spenderen aan (leer)taken is nergens zo hoog als bij games. Alleen: het werkt pas als het goed is. Maar geldt dat niet voor alle leermethodes?