Kennisclips - opnemen en editen
Wil je een kennisclip met een professionele uitstraling opnemen, dan gebruik je best degelijke apparatuur: een kwalitatieve camera voor helder beeld en een goed afgestelde microfoon voor duidelijk geluid. En ook de belichting, de setting en achtergrond moeten kloppen. En wil je een echt mooi resultaat, dan edit je je filmpje ook nog met de juiste software. Camera, light…action!
1. De juiste camera
De camera-app van je telefoon
De camera die je altijd op zak hebt: de app op je smartphone is klein, makkelijk te gebruiken en kost je ook niks extra. Je hebt er ineens een microfoon bij en je gebruikt ‘m overal waar je wil – handig in combinatie met een statiefje. Vaak kan je met een extra appje je filmpjes achteraf ook nog bewerken. Maar de kwaliteit is niet altijd even goed en je hebt alleen een digitale zoomfunctie. De ingebouwde lens is ook niet multi-inzetbaar.
Kies je voor je smartphone om te filmen, zorg dan voor voldoende (extra) geheugen of sla je kennisclips op in de cloud.
De webcam van je laptop
Zit je aan je (thuis)bureau of geef je je les aan een werktafel of -bank? Dan kan je de webcam van je computer gebruiken: erg budgetvriendelijk – je hoeft geen nieuwe camera te kopen – en je filmpjes staan ineens op je computer. Maar…de kwaliteit is ook niet altijd je dat. En dan zwijgen we nog over de ingebouwde laptopmicrofoon. Is de belichting niet goed of neem je ’s avonds filmpjes op, dan durft het beeld nogal korrelig te zijn. En de instellingen, die pas je niet zomaar aan.
Een camcorder
De nieuwste generatie camcorders is klein en licht, makkelijk mee te nemen en met een batterij die lang meegaat. Je hoeft er ook geen astronomische bedragen voor neer te tellen. Je kan een camcorder overwegen om je kennisclips op te nemen als je graag langere filmpjes maakt of als je een heel aantal clips na mekaar wil opnemen. Het nadeel: ook hier heb je vaak weinig instellingsmogelijkheden. Camcorders presteren ook niet altijd even goed bij lage lichtkwaliteit.
Je hebt ook een extra kabeltje nodig of een memorycard om je filmpjes van de camcorder op je computer te zetten.
DSLR/Mirrorless camera
Met een DSLR-camera (digitale spiegelreflexcamera) maak je video’s van hoge kwaliteit. Je kan de lenzen aanpassen en er zijn veel accessoires voor die filmen nog makkelijker maken. DSLR-camera’s wegen ook niet veel en je steekt ze handig weg. De filmtijd is beperkt bij deze camera’s, de autofocus doet het niet altijd even goed, en je hebt vaak een externe microfoon nodig om het geluid helder te krijgen. Nog een nadeel: niet iedereen heeft zomaar een DSLR-camera liggen. En hoewel er ook goedkopere toestellen te koop zijn, betaal je voor een degelijke camera best wel wat geld.
Digital cinemacamera
Ga je de professionele filmtoer op, dan kies je voor een digitale cinemacamera. Perfecte beeldkwaliteit, een modulair systeem en ook te gebruiken bij lagere lichtsterkte. Het nadeel: zulke camera’s zijn duur en je moet er wel wat tijd in investeren voor je er echt mee aan de slag kan.
2. Microfoon, statief, belichting en achtergrond
Kies voor een microfoon die aangepast is aan je omgeving. Zo zullen een dasspeldmicrofoon en headset vooral je stem opvangen, en pikt een tafel- of shotgunmicrofoon ook wat omgevingsgeluiden op. Kijk vooral naar het doel van je kennisclip en bepaal aan de hand daarvan welke microfoon het best geschikt is.
Een statief zorgt voor een stabiel beeld én je hebt je handen vrij tijdens je uitleg. Kies voor een tripod, die staat steviger op zijn poten dan een monopod.
Een helder beeld krijg je met de juiste verlichting. Kies voor een ringlicht – liefst een waarvan je de kleurtemperatuur kan regelen. Ook een driepuntsverlichting met ledlampen is een goede optie. Door je onderwerp – of jezelf – via minstens drie punten te verlichten, vermijd je harde slagschaduwen.
Een neutrale achtergrond leidt de kijker niet af. Kies voor een kleur of een onopvallend motiefje. Digitale achtergronden zijn leuk voor een losse babbel, maar zijn niet zo’n goede keuze bij kennisclips.
En wil je je tekst zien? Dan kan je ook een autocue-appje downloaden, of kiezen voor een totaaloplossing via een tablet met spiegelfunctie.
3. Editing: knippen en plakken
Na de opname is je kennisclip nog niet klaar. Je wil nog extra informatie toevoegen, stukken aan elkaar ‘plakken’ of voor vlotte overgangen zorgen.
Hardware
Met een scherm dat een minimale Full HD-resolutie heeft, zie je alles wat je opneemt. Je hebt wel wat ruimte nodig om te kunnen editen of renderen: minstens 100 tot 500 GB. En ook het werkgeheugen van je computer moet groot genoeg zijn om alle bewerkingen uit te voeren (16 GB of meer). Een goede videokaart is geen overbodige luxe.
Software
Kies het juiste computerprogramma om je kennisclips te editen. Hieronder vind je een overzicht van de meestgebruikte software :
Windows:
- Windows ingebouwde video editor
- Windows gaming ingebouwde schermopnamefunctie
- OBS
- Adobe Première Pro
- Adobe Première Rush
- AVID
- Vegas Pro 16
- Filmora
MAC:
- iMovie
- MAC Mojave ingebouwde schermopnamefunctie
- OBS
- Adobe Première Pro
- Adobe Première Rush
- AVID
- Final Cut Pro
Zorg ervoor dat je je referentie- of naslagmateriaal bij de hand hebt voor je gaat editen. Neem er bijvoorbeeld je scripts of storyboards bij. Belangrijk: hou ook rekening met de compatibiliteit tussen de software, jouw laptop en het LMS of platform.
Editen?
1. Open je editingprogramma
Importeer je opgenomen videomateriaal in je programma (bijvoorbeeld een langere opgenomen les die je wilt opdelen in een of meerdere kennisclips)
In een editingprogramma vind je meestal een timeline, een preview van je video en effect controls.
Begin altijd vanuit je timeline met editen – dat is het deel van je programma waarin je de tijdslijn van je video ziet. Die timeline toont twee verschillende sporen: een videospoor en een audiospoor, die aan mekaar gekoppeld zijn.
2. Knip het deel van je video uit je originele video
Dat zijn de deeltjes van je kennisclip. Zo maak je verschillende ‘blokjes’ die je kan verschuiven, verwijderen of verder opknippen.
3. Pas je audio aan
Stel bij het volume waar dat nodig is. Wil je de audio echt helemaal opschonen, dan kan je daarvoor een programma als Adobe Audition downloaden. Het volume blijft best -6 en -1 dB. Zet je audio zeker niet te hard en vermijd dat de volumemeter in het rood gaat.
4. Zet de verschillende blokjes van je clip op de juiste plaats
Dat kan op hetzelfde spoor, maar je kan ook op verschillende sporen werken. In dat geval is de inhoud van het hoogste spoor de inhoud die getoond wordt.
5. Voeg transities toe aan je blokken
Een beetje te vergelijken met de overgangen die je ook in een PowerPointpresentatie kan toevoegen. Een tip: overdrijf niet. Pas de transities aan je doelpubliek aan.
Transities zijn handig om verschillende delen van je kennisclip aan te geven, bijvoorbeeld tussen verschillende hoofdstukken.
6. Exporteer je video naar het gewenste formaat
Kies bijvoorbeeld voor mp4, een erg toegankelijk formaat. Let op, het kan wel even duren voor je video geëxporteerd. Zeker als je een groot bestand hebt, zal je wat geduld moeten oefenen.