E-leren voor de opleiding schoonheidsspecialist-salonbeheerder@home

Het project
Barbara Defreyne, pedagogisch begeleider volwassenenonderwijs Katholiek Onderwijs Vlaanderen: “Een aantal jaren geleden werkten de CVO’s van Katholiek Onderwijs Vlaanderen samen aan een plan rond digitale transformatie binnen het volwassenenonderwijs. Dit leidde onder andere tot de aankoop van éénzelfde leerplatform, wat uitwisseling van lesmateriaal vergemakkelijkt.”

“Tijdens de coronapandemie schakelden we over op digitaal onderwijs. Het werd snel duidelijk dat digitaal onderwijs ook na deze periode heel belangrijk zou blijven. Daarom stelde ik voor aan cvo HIK en cvo MIRAS om – elk afzonderlijk – een project in te dienen: cvo MIRAS voor de opleiding kapper-salonverantwoordelijke e, cvo HIK voor de opleiding schoonheidsspecialiste-salonverantwoordelijke. Beide centra bieden de twee opleidingen aan, waardoor ze elkaars materiaal kunnen gebruiken.”

Hoe is het traject verlopen?
“Wat vaststond is dat ik met het ADDIE-model aan de slag wilde én dat alles consulteerbaar moest zijn via de smartphone. De ontwikkelde digitale content moest heel toegankelijk en laagdrempelig worden zodat deze ook kon ingezet worden in tweedekansonderwijs en voor anderstalige nieuwkomers.”

“Onze leerdoelen liggen vast vanuit de overheid, in leerplannen. Maar op basis van de coaching dachten we in de designfase na over de perfecte blended wave: wat doen we online en wat tijdens contactlessen? Voor de content deed ik beroep op de expertise van de leerkrachten en samen bepaalden we wat online kon en wat beter in de klas gebracht werd. Zo wordt knippen best in de klas ingeoefend.”

“Acco hielp ons bij het definiëren van deze blended wave en hoe we konden inzetten op diversiteit en e-inclusie via onder andere multimediaprincipes. Wat ik zelf leerde tijdens de coachingsessies heb ik ook altijd vertaald naar de leerkrachten. Theoretische kaders en moeilijke begrippen kunnen nogal afschrikwekkend overkomen en als je dat in behapbare taal kan omzetten, werkt dat veel beter.”

Wat is het resultaat? Wat hebben jullie geleerd?
“Veel kan online. En ook daar is er een shift in denken gekomen. Ik hoor nu soms: ja, maar dat gaan we niet in de klas geven, dat kan online.”

“Als er een minpunt is, is het dat ons project niet af is. We wilden opleidingen van meer dan 1.400 lestijden digitaliseren en dat bleek onmogelijk tijdens de loop van dit traject. Leerkrachten hebben alles gegeven, en ik heb hen gerustgesteld dat we wel konden verantwoorden waarom we niet klaar geraakt zijn. We spraken af dat we de theorie zo veel mogelijk zouden uitwerken. Als ze een goede basis hadden, konden ze nog achteraf extra informatie en oefeningen toevoegen.”

“Het al ontwikkelde materiaal werd tijdens een bijeenkomst van de docenten van beide centra aan elkaar voorgesteld. Delen van de opleiding worden nu uitgetest en gefinetuned en vanaf september 2023 zullen ze er echt mee starten. Binnenkort komen we opnieuw samen om te leren hoe leerkrachten met elkaars cursus moeten werken.”

“Een heel fijn resultaat: mensen zijn enthousiast. Ik hoorde dat enkele leerkrachten uit dit traject nu ook collega’s gaan ondersteunen. De basis is gelegd om e-learnings te maken. En ik merk dat de betrokken leerkrachten van beide centra nu ook heel veel respect krijgen voor wat ze gedaan hebben – zowel van binnenuit, als van externen.”